Ik heb geen enkele ambitie buiten een beetje bestaan
En dan zien hoe al de dingen rondom mij vergaan
Blijf jij maar in je waan, maar het is bijna gedaan
Wees de tijd die rest nog maar wat met jezelf begaan
Zie me hier dan staan, starend naar buiten
Voorhoofd tegen het glas druppels op de ruite
Gevoels ontdooit door het zout in m’n traanvocht
De wegen bestrooid, je leger in aantocht
Je gedrag het farste, je lach het hardste
Liefdesbrief van beton beschreven met barste
Vrage onbeantwoord, daden onverantwoord
Passie die zich als een nagel in mn verstand boort
Liefde aan het kruis, boete voor de zonde
De mond waarmee je kuste, een gapende wonde
Niet schreeuwen maar geeuwen van roze naar blauw
Ik ben moe, zo moe van jou
Ik wil kiezen uit sterke en niet uit zwakte
Een schreeuw van onmacht die vervaagd in de urbane vlakte
Anonieme oogcontacten die grenzen aan het abstracte
Vertellen mij verhalen waarvan het plot vertakte
Aalleen de oppervlakte, de zwakte uitgetekend
Mathematisch en statisch het leven uitgerekend
Smekend en prekend afgrond naar een geheel
De foute uitkomst achter de komma bleef steken in je keel
Slikke of stikke dat heeft men ons geleerd
Knikke en schikke, daartoe heeft men ons bekeerd
Hoor alleen nog angst in de stilte weerklinken
Zie neonlichten op het natte asfalt weerblinken
Gedachten die wegzinken, het wegpinken van tranen
Kanalen die zich een weg langs mijn wangen banen
De enige helpende hand vind ik aan het einde van mijn mouw
Ik ben moe, zo moe van jou
Mijn sigaretten zijn op, mijn bier is lauw
Ik ben moe, ik ben moe van jou
Zomerdag, maar ik heb het zo kou
Ik ben moe, verdomme moe van jou
Van nightshop naar nightshop, nachtelijk gestrompel
Ik volgt het geluid van mijn binnesmonds gemompel
Altijd rechtdoor en dan in de regen dromen
Vluchten uit angst om mezelf tegen te komen
Geen vlotte ademhaling, maar nicotinezuchten
De boom is ontworteld, wat doen we met zijn vruchten?
Zelden nog nuchter genoeg om te zien
Dat alles weg is en nooit meer wordt als voordien
Ik kreeg een misschien voor mijn gestelde vertrouwen
De fundamenten gesloopt, tijd om te verbouwen
Geen tijd om te rouwen, begin met je feest
Prijs je kuddegeest als je de botte ontvleest
Wat ik had gevreesd, reëler dan ooit
Zout in de wonde gestrooid. Nooit is nooit
Slaappillen met stella al is hij wat lauw
Ik ben moe, ik ben zo moe van jou