Als de golven niet te hoog zijn
Dan zie ik haar soms staan
(Ja) Dan kijkt ze mij
Met haar grote ogen aan
Ze zwaait wat met haar handen
En ze maakt een lief gebaar
(Mmm) Wat hou ik toch van haar
(Mmm) Wat hou ik toch van haar
refr.:
Daar aan die overkant
Daar zit ze heel alleen
Mijn brieven in haar hand
En bijna wereldvreemd
Als het water niet te ruig is
Dan komt ze weer terug
Anders bouwt ze
Eigenhandig wel een brug
Ze dobbert in mijn gedachten
Van mijn hart tot aan mijn brein
(Oohh) Hoever ze ook mag zijn
(Oohh) Hoever ze ook mag zijn
refr.
Geen zee die haar nu nog te hoog gaat
Is wat ze in haar brieven schrijft
Maar tussen alle regels door
Lees ik dat ze mij mist
Iets anders dan er staat