Verscholen tussen 't groen der bomen
Ligt ver van hier een klein gehucht
Daar wordt een jongetje geboren
De sterren twink'len in de lucht
Zijn moeder kust hem in vervoering
Er werd zo op zijn komst gehoopt
Morgen brengt men hem vol ontroering
Naar 't kerkje waar hij wordt gedoopt
En de bronzen klokken luiden
Blijde klonk hun fantasie
En zij duiden door hun luiden
Op een welkomst-melodie
Een wereldburger is gekomen
Een nieuw leven in 't heelal
Nog onschuldig onbedreven
Maar door liefde reeds omgeven
In dit aardse tranendal
Na jaren, tussen 't groen der bomen
Daar in dat dorpje, ver van hier
Werd 't jongetje een stoere kerel
Zijn houding is zo trots en fier
Want hij vond de vrouw van zijn leven
Zijn mooiste droom komt weldra uit
Morgen leidt hij haar voor 't altaar
En dan is zij z'n liefste bruid
En de bronzen klokken luiden
Blijde klonk hun fantasie
En zij duiden door hun luiden
Op een huw'lijksmelodie
Door 't uitgesproken jawoord
Zijn zij voortaan man en vrouw
Zullen zij hun verder leven
Samen strijden, samen steven
Steunend op hun woord van trouw
't Is avond en rust heerst er op aarde
Als in datzelfde klein gehucht
Een man, die 't leven gaat verlaten
Weer twink'len sterren in de lucht
Zijn stervensuur is aangebroken
Een stem zegt zacht: " 't Is volbracht"
Door kind en vriend wordt hij gezegend
En naar z'n laatste rust gebracht
En de bronzen klokken luiden
Droef hun klank van fantasie
En zij duiden door hun luiden
Op een afscheidsmelodie
Het mysterie van 't leven
Is 't komen en 't gaan
Altijd trillen mensenharten
't Zij van vreugd', 't zij van smarte
Als de bronzen klokken slaan
De klokken slaan
(c) Tekst & Muziek: Jean Villard-Gilles