Aan d'oever van de ijssel staat een veerhuis
Daar woont een meisje, greetje is haar naam
U zult haar daar helaas niet meer ontmoeten
Want amor heeft ook hier zijn werk gedaan
De hele dag voer zij de mensen over
Zij deed haar werk met opgewekt gezicht
Haar heldere lach klonk vrolijk over 't water
En iedereen hield van het lieve wicht
Een schipper die geregeld daar voorbij voer
Heeft met zijn lied het schone kind bekoord
Op zekere dag liet hij het anker vallen
En nam zijn greet voor altijd mee aan boord
Nu vaart ze mee met hem naar verre kusten
Zij nam voor altijd afscheid van de pont
In 't veerhuis woont sindsdien een ander meisje
Dat wacht tot ook voor haar een schipper komt