Ze zingt bij een zigeunerorkest in 'n bar
Haar ogen zo zwart als de nacht
Al sinds ik haar zag denk ik enkel aan haar
Ze heeft me tot wanhoop gebracht
refr.:
Oh Maruschka, mooi zigeunerkind
'k Hoor haar stem des 's nachts in 't ruisen van de wind
Oh Maruschka, mooi zigeunerkind
'k Heb noch nooit een meisje zo bemind
En straks ga jij weer weg naar 'n nieuw restaurant
Daar kijkt dan, een ander naar jou
Dan weet je niet eens, dat en hart voor je brandt
Hoe zeg ik dat ik van je hou
refr.