Grootje ik moet je wat vragen
Al ben ik nog maar een joch
Jij hebt toch heus niet te klagen
Waarover pieker je toch
Is het soms dat oom en tante
Ver van ons weg zijn gegaan
't Gaat hun toch goed dus wat wil je
Trek je dus daar niks van aan
refr.:
Grootje al wordt je ook honderd jaar
Wij blijven altijd bij elkaar
Jij gaf ons al wat je bezat
Iedereen vindt je een fijne schat
Wie heeft voor ons steeds de kousen gebreid
Wie was zo vol van toegeeflijkheid
Maar 't mooist al heb je ons nog zo verwend
Is dat jij de moeder van mijn moeder bent
Kijk nou zie ik weer een lachie
Goed zo nou ken ik je weer
Weg met die nare gedachten
Oudje niet piekeren meer
Laat ons de zorgen nou dragen
Jij had er meer dan genoeg
Jij die steeds gaf aan de kinderen
En voor je zelf nooit iets vroeg
refr.