refr.:
Naar mijn geboortegrond
Daar waar mijn wieg eens stond
Gaan mijn gedachten zo vaak
Ach hoe mooi was het toen in die tijd
In 't lieve ouderhuis
Daar voelde ik me thuis
Had ik een zorgeloze jeugd
En kende ik slechts liefde en vreugd
Doch ondanks veel goede raad
Zocht ik elders het geluk
Ach was er nu meer een weg weer terug
Naar mijn geboortegrond
Daar waar eens mijn wiegje stond
Gaan mijn gedachte zo vaak
Ach hoe mooi was het toen in die tijd
Nu ik hier moet staan op eigen benen
Ver van huis in eenzaamheid
Gaan vaak 's avonds mijn gedachten henen
Naar die goeie ouwe tijd
refr.