Een man een man doet wat die kan
Met zijn borst vooruit
(Een man een man wat doet die dan)
Ik loop als een haan
Strijk mijn veren glad
Ik kijk naar de kippetjes
(Waarom doe je dat)
refr.:
O man, o man man
O man, o man man
O man, o man man
O man, o man man
Een man een man doet wat die kan
Met zijn grote mond
(Een man een man wat doet die dan)
Ik discussieer en beweer van alles en nog wat
Redeneer combineer motiveer theoretiseer
(Waarom doe je dat)
refr.
Een man een man doet wat die kan
Met zijn tanden bloot
(Een man een man wat doet die dan)
Ik grom en brom en gauw en snauw
En geef ook nog een kats
Ik blaf te ruine te janken
Welke man doet dat nou
refr.