M'n vrouw had laatst een reis geboekt voor ons twee
Een tochtje langs de Rijn, ik nam m'n hengel mee
Maar toen ik zat te vissen, nee, ik kon het niet geloven
Haalde ik daar binnen 't uur tien vaten gif naar boven
M'n vrouw zei: "Krijg de hik, ze zijn al ingeblikt!"
refr.:
Al die rotzooi in de Rijn, Rijn, Rijn
Ja, dat doet mij zoveel pijn, pijn, pijn
Zien wij niet dat het steeds slechter gaat
Als we nu niets doen is 't echt te laat
Mensen, doe er toch iets aan, aan, aan
Ga achter elkander staan, staan, staan
Geef elkaar toch de hand, hand, hand
En red ons mooie Nederland!
"Het is toch waar, of niet soms. Wat zullen we nou krijgen?!?"
Toen wij bij Lobith kwamen reeds begon het flink te gieten
Dus gingen we snel naar binnen om van 't eten te genieten
De ober zei: " 't Is vreselijk druk, het kan wel even duren"
Ik nam een zoute haring, maar m'n vrouw die wilde 'n zure
Dus riep ik heel spontaan: "Hang 'm effe uit 't raam"
refr.
"Wilhelmus van Nassauwe, is die van Duitse bloed?!?"
Afijn, we zijn dan eindelijk toch in Duitsland aangekomen
We zagen daar de Lorelei en hele mooie bomen
Ja, bruine, gele, blauwe, paarse, 't was een bont festijn
Tot een Duitser tegen me zei dat 't groene moesten zijn
Aber das is toch nie wahr, ziet dan niemand het gevaar?
refr.
"Zie je wel, daar gaan we al..........!"