Toen ik nog een klein meisje was met vlechtjes bovendien
Zei mijn moeder steevast tegen vader
"Moet je zien: die meid van ons speelt met haar pop
Wat lijkt ze veel op jou
Het poppenarmpje links zie ik wel,
Maar waar is die rechter nou?"
refr.:
Van Agt die heeft een pukkel, Zwarte Piet die heeft een zak
Ze zitten nooit eens zonder, ze leven met gemak
Dat leek me ook wel handig, ik peinsde een hele poos
U zult het wel begrijpen ik stop alles in mijn doos
Ik groeide toen wat groter en reisde in het rond
Ik kwam in alle landen en at steevast gezond
Ik snoof wel eens een lijntje samen met zo'n knul
En elke keer dan vragen ze weer:
"Waar laat je al dat spul?"
refr.
Die doos die werd maar zwaarder
Alles ging erin
Zo was ik ooit in Artis en weg was die pinguin!
Maar dat is nu passe en weet je hoe dat kwam?
Ik vond een leuke vrouw en liet me ombouwen tot man.
refr.
U zult het vast begrijpen:
Soms mis ik mijn doos