In een dorpje in de Oeral woonde eens voor honderd jaar
Een heel mooi en aardig meisje, bruine ogen, gitzwart haar
Ze kon dansen als geen ander, bij 't haardvuur klonk 't
refr.:
Kalinka, Kalinka, Kalinka ja-ja
Dans de hele nacht Kalinka, Kalinka ja-ja
Kalinka, Kalinka, Kalinka ja-ja
Dans de hele nacht Kalinka, Kalinka ja-ja
Kalinka, Kalinka, Kalinka ja-ja
Dans de hele nacht Kalinka, Kalinka ja-ja
Balalaika's klonken tot de volgende morgen
Alle mannen fluisterden verliefd haar naam
refr.
't Is een mooie legende die nog steeds wordt verteld
Want bij 't haardvuur klinkt ook nu nog haar naam
refr.