De tijd zit erop en we varen weer thuis
Het duurt nog maar enkele weken
Een paar keer op wacht en dan kom ik naar huis
Dan zullen we elkander weer spreken
Dus dit is de laatste brief die ik je schrijf
Kijk ‘s avonds maar goed in de krant
Dan weet je precies waar ik ben en ik blijf
Voordat ik terugkom in ‘t land
Zie ik de lichtjes van de Schelde
Dan gaat mijn hart wat sneller slaan
Ik weet dat jij op mij zult wachten
En dat je aan de kaai zult staan
Zie ik de lichtjes van de Schelde
Is ‘t of ik in je ogen kijk
Die zo heel veel liefs vertellen
Dan ben ik als een prins zo rijk
Je weet wel m’n schat dat ik veel van je hou
Dat hoef ik jou niet te verklaren
Een zeeman is dol op z’n kroost en z’n vrouw
En toch wil hij altijd weer varen
Maar heeft soms de zee iets verkeerd met mij voor
En krijg ik voorgoed averij
Denk dan aan de kinderen en sla je erdoor
Maar spreek hun dan dikwijls van mij
Zie ik de lichtjes van de Schelde
Dan gaat mijn hart wat sneller slaan
Ik weet dat jij op mij zult wachten
En dat je aan de kaai zult staan
Zie ik de lichtjes van de Schelde
Is ‘t of ik in je ogen kijk
Die zo heel veel liefs vertellen
Dan ben ik als een prins zo rijk
Zie ik de lichtjes van de Schelde
Is ‘t of ik in je ogen kijk
Die zo heel veel liefs vertellen
Dan ben ik als een prins zo rijk