Ik heb een papa en een mama
En daarbij een bonmama
Maar waar ik toch het meest van hou
Is van mijn bonmama
Zij heeft zilverwitte haren
En een putje in haar kin
Kijk ik in haar trouwe ogen
Voel ik dat ik haar bemin
refr.:
Mijn bonmama, bonmama
Bonmama, bonmama is zo lief
Zij krijgt ook ieder jaar
De mooiste nieuwjaarsbrief
Mijn bonmama, bonmama
Bonmama, bonmama is een schat
Ik wou dat ik wel twintig
Bonmamaatjes had
Elke week ga ik een dagje
Bij mijn bonmama op bezoek
Dan smullen wij steeds samen
Een lekkere pannenkoek
Bonmama kan ook goed breien
En ze leert mij steek na steek
Heus met niemand wil ik ruilen
Voor dat dagje in de week
refr.
Op mijn bonmamaatjes naamdag
Koop ik haar een fijne taart
Daar had ik reeds op voorhand
Mijn centjes voor gespaard
Knusjes zit ze in haar zetel
Terwijl ik mijn gedicht opzeg
En zij pinkt dan vlug een traantje
In haar trouwe ogen weg
refr.