Ik wil de dag weer zien, de zon en ook de maan
Ik wil de dag weer zien, de zon en ook de maan
Ik wil je lach weer zien, maar ook je mooie tranen
Ik wil me ergens anders met je wanen
Ik wil gewoon een splinternieuw bestaan
Geen krediet, geen hypotheek, geen duppie schuld
En geen verleden, alle ruzies zijn vergeten
Omringd door bomen en in wat mist gehuld
Ik wil opnieuw, met jou, dat moet je weten
Ik wil een huis, een mooie tuin
Een open haard en elke dag verhalen
Ik wil uren door de bossen met je dwalen
Een huis vlakbij het strand, hoog op een duin
Ik wil seizoenen zien, de twijgen en de sneeuw
De strenge vorst, maar ook de herfstblaren
Ik wil fluisteren, ik fluister je mijn schreeuw
Ik wil je elke dag de liefde weer verklaren
Een huis met rieten dak en mooie luiken
En grote bomen oh zo groen
En bloemen, je zou ze moeten ruiken
Zullen we? Zullen we het doen?
Een huis in de klimop en die mag bloeien
Tot in oktober, het liefste vanaf mei
En wij zullen daar vlammen, fikken, gloeien
En die liefde, die gaat nooit voorbij…
Maar ja, waar is dat huis?
Dat huis is niet te vinden
Ik bel met al mijn vrinden.
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Een villa zonder vragen
Met louter leuke dagen
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Van boven tot beneden
In dorpen en in steden
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Een huis zonder ravages
Van pakweg twee etages
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Een huis zonder verdriet
Waar nimmer wordt gelogen
Waar niemand wordt bedrogen
Zo’n huis dat is er niet
Een huis met heel veel licht
En zonder jaloezieën
Uitsluitend harmonie en
Alles vederlicht
Een huis zonder gedoe
Gelukkig met ons tweeën
Er wordt heel veel gevreeën
Want we zijn elkaar niet moe
Ik weet: ik vraag te veel
Ik bel met al mijn vrinden
Maar niemand kan het vinden
Ik zoek een luchtkasteel
Ik wil je lach weer zien, maar ook je mooie tranen
Ik wil me ergens anders met je wanen
Ik wil gewoon een splinternieuw bestaan
Geen krediet, geen hypotheek, geen duppie schuld
En geen verleden, alle ruzies zijn vergeten
Omringd door bomen en in wat mist gehuld
Ik wil opnieuw, met jou, dat moet je weten
Ik wil een huis, een mooie tuin
Een open haard en elke dag verhalen
Ik wil uren door de bossen met je dwalen
Een huis vlakbij het strand, hoog op een duin
Ik wil seizoenen zien, de twijgen en de sneeuw
De strenge vorst, maar ook de herfstblaren
Ik wil fluisteren, ik fluister je mijn schreeuw
Ik wil je elke dag de liefde weer verklaren
Een huis met rieten dak en mooie luiken
En grote bomen oh zo groen
En bloemen, je zou ze moeten ruiken
Zullen we? Zullen we het doen?
Een huis in de klimop en die mag bloeien
Tot in oktober, het liefste vanaf mei
En wij zullen daar vlammen, fikken, gloeien
En die liefde, die gaat nooit voorbij…
Maar ja, waar is dat huis?
Dat huis is niet te vinden
Ik bel met al mijn vrinden
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Een villa zonder vragen
Met louter leuke dagen
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Van boven tot beneden
In dorpen en in steden
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Een huis zonder ravages
Van pakweg twee etages
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Een huis zonder verdriet
Waar nimmer wordt gelogen
Waar niemand wordt bedrogen
Zo’n huis dat is er niet
Een huis met heel veel licht
En zonder jaloezieën
Uitsluitend harmonie en
Alles vederlicht
Een huis zonder gedoe
Gelukkig met ons tweeën
Er wordt heel veel gevreeën
Want we zijn elkaar niet moe
Ik weet: ik vraag te veel
Ik bel met al mijn vrinden
Maar niemand kan het vinden
Ik zoek een luchtkasteel