refr.:
Hoep, hoep, hoep, hoeperdepoep
Hoep, hoep, hoep, hoeperdepoep
Hoep, hoep, hoep, hoeperdepoep
Hoep, hoep, hoep, hoeperdepoep
Als er een feest is, doen we op al oude feestzang weer een beroep
Van "ja kom laten we vrolijk wezen"
En wie zit daarbij dan op de stoep
Nou zeg 't 'ns
refr.
Wanneer een zeeman gaat passagieren
Dan drinkt'ie heel veel, maar nooit genoeg
En laat'ie 's morgens de trossen vieren
Staat'ie te zingen voorop de boeg
refr.
Bij ons in't straatje is een cafeetje
Daar komen knapen met heel veel dorst
Die drinken 's avonds, niet zo klein beetje
En zingen't lijflied uit volle borst
refr.(2x)
Hoep, hoep, hoep, hoeperdepoep
Hoep, hoep, hoep, hoeperdepoep