refr.:
Soep met speldjes, snoep met speldjes, speldjes bij de thee
Speldjes bij't ontbijt, speldjes bij't diner
Sla met speldjes, vla met speldjes, speldjes in't blik
Elk happie eten is een speldeprik
Bij alles wat je koopt zit er een speldje
Bij boter, suiker, kaas en brood en meel
Maar hoe ik't ook met eten geprobeerd heb
Ik krijg die speldjes echt niet door m'n keel
Nou hou ik toch al niet van scherpe spijsen
Maar eten met een kniptang en een zaag
Dat maakt me prikkelbaar
Die speldjes hier en daar
Daarmee zit ik maar lelijk in m'n maag
refr.
Je kan bij mij geen speld meer horen vallen
En mocht er een eens mee naar binnen gaan
Neem dan als ik 't meest probate middel
Meteen een veiligheidsspeld er achteraan
Die nieuwe verkoopprikkels van de handel
Die hebben we nu wel genoeg geslikt
Daar ik er nooit aan wen en ook geen fakir ben
Voel ik me d'r maar zwaar mee opgeprikt
refr.
We zitten door die speldjes nu op spelden
Ze spelden ons van alles op de mouw
Want eten met een speldje kost een prikkie
't Huishoudgeld met spelden geldt m'n vrouw
Maar ik kan op metaal beslist niet leven
Je bent toch geen collectebus als man
Al kan'k geen speld meer zien, 'k krijg een erespeld misschien
Van honger spring ik zellef in de pan
refr.