Grote letters, felle kleuren
Mooie foto's, helder licht
Brede trappen, open deuren
Altijd weer een leuk gezicht
Weldra zal de show beginnen
Taxi's rijden af en aan
Welgemoed gaat men naar binnen
Ik mag buiten blijven staan
Ik sta hier, ik moet wel, ik ben de portier
Dat is mijn betrekking, daarvoor ben ik hier
Maar achter mijn serge en gouden galons
Weerklinkt in mijn hartstreek een somber gebons
En onder de kranige pet die ik die draag
Daar pruttelt en suddert de brandende vraag
Waarom moet ik leven op deze manier
En niet als bij voorbeeld grossier
In mijn luxueuze kleren
Fors van bouw, maar niet gezet
Sta ik hier te imponeren
Als een levend kerstpakket
Statig kijken, netjes groeten
Schittering van tres en knoop
Koude handen, beurse voeten
En een trage bloedsomloop
Ik sta hier, ik moet wel, ik ben de portier
Dat is mijn betrekking, daarvoor ben ik hier
Maar achter mijn serge en gouden galons
Weerklinkt, hu hu, hu hu hu hu hu hu, gebons
En onder de kranige pet die ik die draag
Daar pruttelt en suddert de kwellende vraag:
Waarom moet ik leven op deze manie
En niet als bij voorbeeld poelier
Nu en dan in vrije uren
Ga ik in mijn daagse pak
Lekker eens een tijdje turen
Naar zo'n uitgedoste zak
Maar berouwvol denk ik later:
"Al staat hij voor een hotel
En sta ik voor een theater
Overeenkomst is er wel"
Ik sta daar, hij staat daar, wij staan allen daar
Wij zijn de zorgvuldig verpakte sigaar
Daarbinnen geniet men, daar leeft men zich uit
Wij staan voor de ingang en krijgen geen fluit
Wij leunen maar op onze wervelkolom
Soms hoor je een zucht en dan valt er een om
Men staat even stil en men zegt: "Kijk eens hier
Daar ligt weer een dode portier"