Waar vind je nog de echte boerenmelk
Uit warme uiers in de fles gespoten
Waarvan het drinken uitgaat boven elk
Genot dat je tot dan toe had genoten
Zo romig en zo rijk
Haast moedermelk gelijk
Dat volle onvervalste runderzog...
Oh, zeg me toch, waar vind je zoiets nog?
Waar vind je nog de ruige boerenstoet
Dat brood der broden, heer der heerlijkheden
Dat kind en grijsaard watertanden doet
Als moeder snijdt met gulle, rulle sneden?
Die parel, dat juweel
Van 't ongebuilde meel
En warme bakkershanden in een trog...
Oh, zeg me toch, waar vind je zoiets nog?
Waar vind je nog de boerenslachterij
De authentieke scharrelkarbonaden
Die geur van grond met iets van mest erbij
Die opstijgt uit de pan tijdens het braden?
Zo volnloed varkensrein
Zo zwijn en niks dan zwijn
En vrij van ieder hormonaal bedrog...
Oh, zeg me toch, waar vind je zoiets nog?
Ik weet het antwoord, maar ik vraag het toch...
In de stad, in de stad, in die goeie grote stad
Sinds de handel leerde inzien wat een handel daarin zat
In de stad, in de stad, in die goeie grote stad
Naast de onbespoten kropsla en de zuurkool uit het vat
Laat het platteland maar zweren bij de wond'ren der chemie
Van fabrieksbrood en de rotzooi uit de bio-industrie
Of voor mijn part bij kroketten, frikandellen en patat
Maar het echte boereneten eet je in de grote stad!
In de stad, in de stad, in die goeie grote stad
Waar ze puur natuurlijk eten ook al praten ze niet plat
In de stad, in de stad, in die goeie grote stad
Vol bewuste consumenten en die hebben centen zat
Laat de uitlaatgassen en de hondenstront ze tegenstaan
Maar de wortels die ze kauwen zijn gezaaid bij volle maan
Dat is goed voor de gezondheid en die blijft de grootste schat
Dus het echte boereneten eet je in de grote stad!