ik was 18, en ’k geloofde in het leven
ik was eindelijk volwassen en ik docht,
nog door al mijn idealen voortgedreven,
da’t mij zou lukken, nu dat alles ineens mocht
ik was achttien en ik zou het allemaal kunnen
ik was gekomen op het toppunt van mijn kracht
ieder maske wou ’k een heel klein stukske gunnen
want ik kon het zeven keren oep ne nacht
ik was 18 mor dat is al lank gelejen
want nu zen d’r nog eens 18 jaren bij
ik voel de sporen van wa jaren aan mij dejen
aan dien aangepasten burgerman in mij
2 keer geschejen en hier en daar ne kleine
en toch snap ik van de vrouwen nog geen reet
mor a’k ne wens kost doen dan was dees hier de mijne
’k wou da’k nog 18 was en wist wa’k nu al weet