Als vader weer bladert in zijn fotoboek
Dan sta je versteld als hij weer vertelt
Van de Weesperstraat en de jodenhoek
Als hij dan verhaalt hoe het leven begon
Bij het ontwaken, handel en zaken
Humor en gein, dat was de levensbron
En had je een dag eens geen mazzel gehad
Dan 's avonds naar de Tip-Top waar je je sores vergat
Soms riep d'r nog een in het late uur:
Ik heb mooie olijven en uitjes in het zuur
Amsterdam huilt waar het eens heeft gelachen
Amsterdam huilt, nog voelt het de pijn
Amsterdam huilt waar het eens heeft gelachen
Amsterdam huilt, want weg is de gein
Als vader verhaalt hoe de sabbat begon
Dan sta je versteld als hij weer vertelt
Hoe de voorzanger 'Ad-des-jem eilje nowa' daar zong
Bij het Channekefeest gingen de kaarsjes weer aan
Dan werd er gewenst, door God je gebenscht
En dat het hun allen weer goed maar zal gaan
Voor er werd geplunderd en uitgeroeid
Hebben daar jiddische Jé-ledjes gestoeid
Men noemde hen ras, oh God oh God,
Waarom mocht het niet zijn zoals het er was?
Amsterdam huilt waar het eens heeft gelachen
Amsterdam huilt, nog voelt het de pijn
Amsterdam huilt waar het eens heeft gelachen
Amsterdam huilt, want weg is de gein
Op vrijdagavond koegel met peren
Wie dat niet nascht kan het ook niet waarderen
Het boek gaat dicht en met een traan in zijn ogen
Fluistert hij mazzel en brooche voor de hele misjpooche
Mazzel en brooche voor de hele misjpooche
Mazzel en brooche voor de hele misjpooche