Niemand aan de andere kant
zijn doen en laten is navenant
niemand wil wat hij doet
de andere weten wel hoe het moet
Iedereen kent hem bij z’n naam
ze vinden hem toch zo infaam
iedereen wijst hem achterna
ze vinden zichzelf zo goed hoera
’t is occupé wheehee
’t is occupé wheehee
’t is occupé
Niemand weet wie ze is
ze zijn toch zo monisties
niemand die om haar denken geeft
ze zijn zo vreselijk beleefd
Iedereen heeft haar leeggeplukt
ze heeft zichzelf nu losgerukt
iedereen zegt ‘laisser-allez’
maar als ze belt is het occupé