M'n pa heeft blauwe reigers
M'n ma Bengaalse tijgers
M'n broer ligt met een bunzing in z'n bed
M'n zus die heeft een motje
Ze zijn getikt van Lotje
Straks worden we het huis nog uitgezet
refr.:
Oh oh, wat een familie
Altijd beesten om je heen, het is te gek
Als je effetjes niet kijkt springt er een op je nek
Iedereen die binnen komt die schrikt zich dood
Gillend lopen ze dan weg, 't is net 'Luipaard op schoot'
La-la-la-la-la-la-la-la-la, La-la-la-la-la-la-la-la-la
La-la-la-la-la-la-la-la-la, La-la-la-la-la-la-la-la-la
Dan zijn er nog vijf slangen
Die aan de kapstok hangen
Een olifant, een inktvis en een stier
Een jakhals en een klipgeit
Die met een hagedis vrijt
Ik kan geen beest meer zien, 't zit me tot hier
refr.
Zal ik je's iets vertellen
'k Ga morgen Artis bellen
Dat lijkt me nog 't allerbest idee
Ze mogen alles halen
Ik wil desnoods betalen
Maar 't motje van m'n zuster gaat niet mee
refr.
La-la-la-la-la-la-la-la-la, La-la-la-la-la-la-la-la-la
La-la-la-la-la-la-la-la-la, La-la-la-la-la-la-la-la-la