Pardon, meneer, u kunt niet passeren, het is hier Bervoden Toegang.
Pardon
Vervoden Toegang. U kunt hier niet langs.
Neemt u me niet kwalijk: Dat wist ik niet. Dan ga ik maar door gindse straat.
Wacht u eens even. Eigenlijk mag u hier nog wel langs. Het is hier weliswaar Vervloden Oegang, maar zolang ik
die twee woorden niet op de juiste en voorgeschreven manier uit kan spreken, kan van u niet verwacht worden,
dat u mijn mededeling begrepen heeft. Begrijpt u
Ik geloof het wel, ja.
Even geduld dus nog. Het is voor mij ook zoveel prettiger. Men wil zijn plicht immers toch gaarne op goede
wijze uitoefenen. Dat gevoel zal u niet vreemd zijn.
Zeker, zeker.
Nu, daar gaat hij dan. U mag hier niet passeren, het is hier Verdoden Goetang... Geboden Oetang... Vorbeden
Toetang... Verboden Toggang... Zerboden Zooggang... Zerbolen Zoezang... Gevlogen Voetvang... Geboren
Moezang... Vergloren Moegang... Hoboden Boedan... Verstoken Boeman... Korone Woewong... Blazane
Wouters... Kabale Poters... Penere Plosplang... Zoeboede Zolgiek... Zarone Bolgang.... Borgeze Katjang...
Sakarre Bloedtong... Sacrale Maaglang...
Nu, ik ga toch maar door gindse straat. Tijd ontbreekt mij helaas.
Niets daarvan. Doet u nu niet vervelend. Ik bervied u om bevelen te doen. Blijf hier, ik verbeel het u. anders
schiet ik u rood met mijn piedood. Ik schiet u schoop. Dool. Ik schiet u doop. Ik schoot u diep. Het is hier
Verboden Toegang. Hoera, het is gelukt, hoera.
God zij dank.
Dank zij u, meneer.
Dank zij God, meneer.
Dank zij u met God's hulp, meneer.
Niets daarvan meneer. Dank zij meneer.
Nee meneer. Dank zij uw hulp aan meneer.
U bent gek meneer.
Nee, meneer.
Zeker wel meneer.
Ik schoop u schiep meneer.
U doet maar, meneer.
Wat denkt u wel, meneer.
Van u denk ik niets meneer.
Ik schiep u school meneer, met mijn havolver
Daar lach ik om, meneer: ha, ha.
Pang pang pang.
Oh, ik ben getroffen.
Sterf dan verrader. Pang.
Heb medelijden.
Pang.
Medelijden, meneer.
Nee, meneer. Geen daantje grijmeleden. Pang pang.
Ik sterf. Moeder.
Hier ben ik jongen.