De wereld broeit, de wereld schroeit
Het knarst en knettert overal
We maker er een zwijnenstal van
Alles stinkt en sterft
't Moet altijd meer en altijd groter
Pakhuizen vol graan en boter
Acht uur vliegen verderop
Daar sterft de viermiljoenste koter
Met wel dertig van die grote zwarte vliegen
Op z'n uitgeteerde kop
refren':
Maar hoe lang is de lont
Die ons van het kruidvat scheidt?
Is er nog tijd - wat dacht je?
Hebben wij al niet veel te lang en te vaak geboft
Dat er niks is ontploft?
Verwacht je dan
Dat we ongestraft zo onbeschoft kunnen doorgaan
Met het verzieken van de rivieren
En van de zeeen, de bossen, de lucht en de grond?
Dat gelooft toch geen hond
Dus wat dacht je: hoe lang is de lont?
De aarde trilt, de aarde gilt
Om meer begrip om raad en daad
Om heel veel meer dan loos gepraat
De aarde schreeuwt om hulp
We zien de rampen zich voltrekken
En toch gaan we door als gekken
In een wereldwijd gesticht
En het kan ons blijkbaar niet verrekken
Dat we stommer zijn dan motten
Die verbranden in het veel te felle licht
refren'
De mensheid vloekt, de mensheid zoekt
Al eeuwenlang naar zekerheid
Maar is allang de richting kwijt
En niemand weet de weg
Een kudde schapen zonder herder
En ze dwalen almaar verder af
Van waar ze moeten zijn
Al blatend strompelen ze verder
Naar de oeverloze afgrond
Naar de brokkelige rand van het ravijn
refren'