Windje tegen
Door de polder
Fietst hij aan de rechterkant
Ver van huis
Diep in gedachten
Niemand kent hem
In dit land
Achterop de tas van Edah
drie uur fietsen verderop.
Maar hij wordt niet doodgeschoten
En thuis wacht niemand hem op.
Toen hij hier aankwam had hij enkel
vuile kleren, en een deken
Maar toen kwam de burgermeester
Met een toespraak
Veel beloftes en een fiets.
Hij wacht al maanden op een stempel in zijn paspoort
En op de sleutel van een woning
Hij heeft nu schone kleren, hoop en verder niets
Alleen die fiets.
Windje tegen
Door de polder
Fietst hij aan de rechterkant
Ver van huis
Diep in gedachten
Niemand kent hem
In dit land
Achterop de tas van Lidl
vier uur fietsen zonder stop
Maar hij wordt niet doodgeschoten
En thuis wacht niemand hem op.
Hij vult zijn dagen
Met veel lezen
Televisie kijken ,kaarten en met praten.
En met de tafeltennis wedstrijd in het centrum
Werd hij pas nog kampioen
Ook al was hij ooit chirurg
Hij helpt nu schoonmaken en met het afval sjouwen
Want in het vluchtelingenhuis is er behalve wachten
Weinig meer te doen
Windje tegen
Door de polder
Fietst hij aan de rechterkant
Ver van huis
Diep in gedachten
Niemand kent hem
In dit land
Achterop de tas van Aldi
Vijf uur fietsen zonder stop
Maar hij wordt niet doodgeschoten
En thuis wacht niemand hem op.
Toen hij vandaag weer van de winkel kwam
Passeerde hij een meisje en twee vrouwen.
In het voorbijgaan
Zei het meisje hem gedag
Althans, daar leek het op
Dat gaf hem stilletjes wat hoop
Al kon hij hun nog niet verstaan
Wat meer vertrouwen
Dat er hier ooit misschien een toekomst voor hem is
daar wacht hij nu nog op