Ik heb geen dokter nodig, al ben ik ziek van jou
Je maakt het overbodig te verlangen naar een vrouw
Want jij was mij niet trouw
(Want zij was hem niet trouw)
De aap kwam uit de mouw, voor dag en douw
Ik heb een borrel nodig, al ben ik zat van jou
Al voel ik mij niet jolig, ik ben niet in de rouw
Wat jij graag willen zou (wat zij graag willen zou)
Ik grijp (hij grijpt) niet naar een touw
De lucht is blauw
Ik zal je echt niet haten, ook al sla je diepe gaten
In de dromen die ik steeds nog van jou heb
Ik kan je niet meer velen en het regent pijpestelen
In de wereld die er was, en die is weg
Ik zal je echt niet haten, ook al kun je het niet laten
Op 't ogenblik, dat ik niet bij je ben
Ik zal er niet om treuren, maar 't zal je maar gebeuren
Hoe voelt dat nou, stel dat ik er aan wen
Ik heb je echt niet nodig, al ben ik iets van jou
Al ben je ongelovig, ik zit niet in het nauw
Al voel ik me (voelt hij zich) wat lauw
Al ben ik iets (is hij iets) van jou, al wat je wou