Als ik oud ben, wil il niet oud zijn
Maar wil ik leven, tot het niet meer nodig is
Tot m'n adem stokt van stille ergernis
Die mij omringt wanneer ik in een rolstoel rij
Door een betonnen bejaardengalerij
En wil ik niemand laten delen in mijn pijn
Hoewel ik recht heb om tot overlast te zijn
Als ik oud ben, dan wil ik nog jong zijn
En wil ik leven tot het met me is gedaan
En zelf te kiezen hoe ik uit de pijp wil gaan
Tot ik geen oog meer heb voor al wat leeft en bloeit
En niet meer zie hoe met mijn centen wordt geknoeid
En wil ik niemand laten delen in mijn smart
Te willen vechten met een overjarig hart
Als ik oud ben, wil ik niet 'out' zijn
Maar wil ik leven, en dat leven maak ik af
Al moet ik bloemen leggen op m'n eigen graf
Dan zul je zien dat ik niet bang ben voor de dood
Maar dat er niets is dat mijn huiver meer vergroot
Dan zo onopgemerkt het einde in te gaan
Dat ik mezelf moet vragen: Heb ik wel bestaan?