Ik liep vanavond door een donker straatje
En plotseling deed ik 't in m'n broek
Ik dacht: m'n leven hangt maar aan een draadje
Zo sloop ik naar huis, van hoek naar hoek
Ik weet dat ik gewoon een beetje bang was
Wat is dat toch een akelig gevoel
Dan wil je liever alles uit de weg gaan
Dan denk je: ze slaan me op m'n smoel
M'n buurman durft z'n huis niet uit te komen
Z'n dochter niet alleen in huis te zijn
En zelf voel ik me lang niet altijd happy
Op een groot plein
De lift zat weer eens vast op nummer dertien
Daar nam m'n zus d'r vriend de eerste keer
Dus reken maar dat hij voortaan de trap neemt
Voor op en neer
Maar als m'n hond zich niet op z'n gemak voelt
Dan ga ik zonder vrees met hem op straat
Al ben ik bang dat niemand alles wegspoelt
Wat hij daar in z'n onschuld achterlaat
Je mag toch wel eens bang zijn
Al moet het niet te lang zijn
Je mag toch wel eens bang zijn
Maar laat het niet te lang zijn, bang
Bang zijn is in, ik zie een spin (alweer een spin)
M'n tante kan ooit wekenlang niet kakken
Haar vrees is dat ze nog een keer ontploft
M'n oom vindt alles te vies om aan te pakken
Dus word me daar in huis wat afgestoft
Ooit lig je 's nachts in bed van angst te rillen
Of je morgen nog gezond zal zijn
Wat zijn dat toch voor puisten op m'n billen
Beweegt er niet wat vreemds achter het gordijn
Wie is er nooit bang om gek te worden
Om aids te krijgen en om dood te gaan
Ik ben bang dat ze me niet alles vertellen
Dus laat ik al die pillen maar eens staan
Maar soms, als ik een borrel heb gedronken
Dan ben ik echt voor niets of niemand bang
Oke, dan duurt 't leven maar wat korter
Ja, lekker is maar ene vinger lang