In een bootje met een buitenlander
Ja, dan zie je zo het een en ander
In een bootje met een vreemde heer
Hij zei: "Gnadige Frau", ik zei: "Bitte sehr."
Herr Heinzelmann
We gingen samen naar het Deltaplan
Hij had een nieuwe blauwe blazer an
Zo'n mooie man
Herr Heinzelmann
Herr Heinzelmann
Wij waren samen toch zo'n enig span
En ik was helemaal bezeten van
Herr Heinzelmann, Herr Heinzelmann
In een bootje in de Sonnenschein
Ja, das konnte so gemutlich sein
Na een poosje zei hij: "Susse Maus."
Na een poosje riep ik: "Hande zuhaus."
Herr Heinzelmann
Ik zeg u duidelijk dat dit niet kan
Daar komen hele nare dingen van
Beheers u dan
Herr Heinzelmann."
Herr Heinzelmann
O kijk toch uit, wat bent u nou van plan
Het hele bootje gaat van zam, zam, zam
Herr Heinzelmann, Herr Heinzelmann
Hij zei: "Liebling, sei doch nich so domm"
Ik zei: "Kuch toch aus, wie slagen um"
En tenslotte riep ik: Lass mich loss"
"Nich so friemlen, wenn ich wirden boos"
Herr Heinzelmann
Ik ben een dame en daar hou'k niet van
Ik sla u dadelijk op uw hersenpan
Zo gaat dat dan
Herr Heinzelmann
Herr Heinzelmann
De boot sloeg om, en ja daar lag 'ie dan
En hij verdronk met heel z'n ratteplan
"Dat komt ervan
Herr Heinzelmann."
Herr Heinzelmann
We gingen samen naar het Deltaplan
Hij had een nieuwe blauwe blazer an
Zo'n mooie man
Herr Heinzelmann
Herr Heinzelmann
Wij waren samen toch zo'n enig span
En ik was helemaal bezeten van
Herr Heinzelmann, Herr Heinzelmann
Herr Heinzelmann
Wij waren samen toch zo'n enig span
En ik was helemaal bezeten van
Herr Heinzelmann, Herr Heinzelmann
Herr Heinzelmann, Herr Heinzelmann