De huid is het grootste orgaan van de mens
Dus ik heb een gigantisch orgaan
't Zacht en gevoelig en blanker dan room
En ik kan er in zitten en staan
Het past als een jas, om m'n heupen en reet
En baadt al m'n oksels royaal in 't zweet
Ik weet wat u denkt, als u mij zo ziet staan
Wat heeft zij een gigantisch orgaan
Dat is waar maar het is maar gekregen
Ik heb het tenslotte toch ook maar te leen
Ik ben net als jij, slechts wat vel over been
Alleen mijn vel is ruimer, dus zingt men spontaan
Wat heeft zij een gigantisch orgaan
Laatst zei ik, ik dankte al biddend de heer
Grote God, mijn gigantisch orgaan,
Is net haute couture, vandaar da 'k beweer
Als het uit kon, nou dan hield ik het aan
Het krimpt en verkleurt niet, al is het vaak nat
Wanneer ik er 's ochtends mee speel in het bad
En hoor in 't geruis, van de lopende kraan
Wat heb jij een gigantisch orgaan
Ik heb het maar te leen
Een leende het ook vaak uit
Dan kroop er plots een ander
Dan ik zelf was in mijn huid
Die komt tot leven in mijn vel
Als ik mijzelf niet durf te wezen
Maar die ander zijn, dat lukt me wel
Een Russische boerin
Een Rotterdamse del
Een Twentse moederkloek
Een trutje in Channel
Een Alkmaarse hoer
Een vroedvrouw uit de Zaan
Een Brabantse akela
Een non uit de Jordaan
Soms sla ik op de vlucht
Op de vlucht in mijn talent
Onthoud dat alsjeblieft
Als je me even niet herkent
De huid is het grootste orgaan van de mens
En ik heb een gigantisch orgaan
Maar word ik onzeker, dan druk ik mijn krent
Zie mezelf van een afstandje staan
En denk ik verwonderd "wie is die flapuit
Wie kroop er toen ik even niet keek in m'n huid"
Maar ook, en ik weet wel, dat klinkt zelfvoldaan
"Wat heb ik een gigantisch orgaan"
Na na nana na