Ik moet dikwijls nog denken aan Rik van der Plas
Die mijn vriend en meteen ook m'n buurjongen was
En dan vind ik het rot dat ik hem nooit meer zag
Want ik mis hem nog altijd haast iedere dag
Oh, ik heb best wel vrienden
Daar ligt het niet aan
En die vragen soms ook of ik met ze wil gaan
Maar dat is toch wat anders
Dan denk ik al vlug
Zoals vroeger met Rikkie, dat komt nooit meer terug
refrain:
Zo verliefd, zo verliefd, als je soms in een boek wel eens leest
Zo verliefd ben ik op Rikkie geweest
Nadat hij was verhuisd naar een andere stad
Voelde ik me nog weken zo eenzaam als wat
En m'n moeder, die noemde me 'recalcitrant'
En m'n vader vroeg: "Is er soms wat aan de hand?"
En meester op school zei: "Wat krijgen we nou
Jij zit steeds maar te dromen, wat is er met jou?"
Nou, dat kwam dus door Rikkie
Die weg was gegaan
Maar dat wou ik niet zeggen
Dat ging ze niks aan
refrain
V'leden week in de klas deden wij een soort spel
Dat ze 'liefdesrace' noemden
Dat ken je toch wel
Dan moet iedereen zeggen op wij hij of zij
Is verliefd. En dat vroegen ze dus ook aan mij
En toen zei ik "Op niemand"; maar dat klonk zo stom
Alle andere kinderen lachten erom
En dus kreeg ik een kleur
Echt een hoofd als een biet
Maar vertellen van Rikkie, dat durfde ik niet
refrain