Innig geliefde dochter
M'n Pieternel, je mot 'r's hooren
Voor jij ons zo meteen verlaat
Ik heb jou nog een raad te geven
Voor jij naar Rotterdam toe gaat.
Dat jij maar op moet passen
Wees altijd eerlijk, doe geen kwaad
Je moet maar denken aan je vader
Die lid is van de kerkeraad.
Vergeet ook nooit je Christenplichten
Van elke Zondag naar de kerk
En vijf maal 's weeks categesatie
Je godsdienst die gaat voor je werk.
En als je menschen daarop vitten
Dat jij zoo elke avond gaat
Dan zeg je maar, dat wil me vader
Die lid is van de kerkeraad.
Wanneer je ergens in de kamer
'n Kwartje of een stuiver vindt
Geef dat dan da'lijk aan je menschen
Want houwen mag je het niet m'n kind.
Maar als een vrind, die komt logeeren
'n Fooitje voor het meissie laat
Stuur dat dan lekker aan je vader
Die lid is van de kerkeraad.
Je mag niet aan de deur staan vrijen
Dat past niet voor een eerlijk kind
Geloof maar nooit dat jij daar ginder
'n Christelijke jongen vindt.
Van zoentjes komen altijd zoentjes
Bewaar die tot je trouwen gaat
En zoen maar liever 's je vader
Die lid is van de kerkeraad
Wanneer meneer je aan wil halen
Als jouw mevrouw een boodschap doet
Dan laat je 'm je Bijbel kijken
Dan krabbel je 'm in z'n snoet.
Dan zorg je maar dat ie z'n handen
In spelden van je borstrok slaat
Dan zeg je maar
Dat wil me vader
Die lid is van de kerkeraad
Wanneer je 's avonds in de keuken
De hele afwas hebt gedaan
Dan mag je in geen boekjes lezen
Waar sociaalderijs in staan.
Je mot vooral geen liedjes zingen
Waar Speenhoff of zoiets op staat
Je weet wel dat je grijze vader
Die nooit zingt in de kerkeraad.
Wanneer je glazen staat te zeemen
Hou dan je rokken bij elkaar
Want anders worden slechte mannen
Je beenen en je broek gewaar.
Wanneer ze in de hoogte waaien
Als jij zoo op je trapleer staat
Denk dan 's aan je grijze vader
Die lid is van de kerkeraad.
Wanneer je menschen willen hebben
Dat je je heele lijf soms wascht
En dat je ook een bad moet neemen
Dan zeg je maar dat dat niet past.
Dat deugt niet voor een eerlijk meissie
Dat op het Christelijke staat
Je vader waschte nooit zijn voeten
Die lid is van de kerkeraad.
(c) Koos Speenhoff