REFREIN:
Als de zuidwester loeit kan ik des nachts niet slapen
Dan lig ik te denken aan de vissers ginds op zee
Die voor het dagelijks bestaan hun leven wagen
In donkere nachten ver verwijderd van de ree
Ik zie in mijn gedachten hoe ze strijden menig uur
Aan boord van kleine schepen als een speelbal der natuur
Als de zuidwester loeit kan ik des nachts niet slapen
Dan bid ik in stilte voor die vissers ginds op zee
Een visser moet varen, dat is zijn beroep
In duizend gevaren volgt hij steeds de roep
De ziedende golven verschaffen hem brood
Waarvoor hij moet vechten op leven en dood
REFREIN: Als de zuidwester loeit ..
De tijd is gekomen, hij vaart weer naar huis
Nog eventjes stomen en hij is weer thuis
De zee heeft gegeven, de vangst was niet slecht
Ja, zo is het leven voor visser en knecht
REFREIN: Als de zuidwester loeit ..
(en nu de laatste regel van het refrein 2 x)