Ik kom overal en nergens
't Beeld, dat wisselt ied're keer
Dus al die onbekende mensen
Zijn voor mij geen vreemden meer
In een kroegie in 't dorpje
Waar ik zou blijven voor de nacht
Ging ik zitten naast een dame
't Leek alsof ze had gewacht
refr. :
Zeven steden, zeven hemels
Zeven woorden in een brief
Zeven eenzame nachten
Zeven steden, maar een lief
Kletsen over niets en alles
Je weet toch ook wel hoe dat gaat
We dronken, lachten zonder reden
Voor je't wist was 't al laat
De nacht was mooi en zij nog mooier
Twee ogen keken me diep aan
Maar 't waren niet de hare
'k Ben bij de voordeur blijven staan
refr.
Op weg naar overal en nergens
En bij een stop verzond ik gauw
Een briefje, waarin stond te lezen
Ik ben en blijf altijd van jou
Zeven steden, zeven hemels