't Was in de Daendelsstraat
Dat ik haar ontmoette
Vlak voor 't gymnasium
Dat zij mij groette
refr.:
Mijn hartje sprong verblijd
Al van verliefdigheid
't Was in de lente
't Was voorjaarstijd
We liepen samen voort
De mensen keken
Ze sprak: "Als pa het hoort
Hij zou mij spreken"
refr.
Bij Fongers voor het raam
Een rijwiel ziet ze
Toen vroeg haar eng'lenstem
"Doe j'ook aan fietsen?"
refr.
Ik drukte 'n vurige kus
Op bei haar handen
Die waren zacht en teer
Als Dunlop-banden
refr.
Maar plotseling verscheen
Haar oude heer toen
Ik zal niet verder gaan
Het zou me zeer doen
Sinds heb ik menig nacht
Wakende doorgebracht
Lag 'k in mijn graf nu
Ik rustte zacht