Er was een tijd
Dat ik verzoop in haat en nijd
En m'n rug niet durfde keren van jaloezie
Er was een tijd
Dat ik boordevol zat met spijt
Over elk meisje dat ik achterliet
Maar de kaarten vallen anders
sinds ik de trots uit m'n hoofd heb gezet
We zijn allemaal maar mensen
en samen hebben we de grootste pret
Omdat je toch nooit iemand kunt bezitten
De massa bezit nog bij het leven
Het leven is voor sommigen eigendom
Maar je kunt iemand je leven niet geven
Als je verlangen naar het nieuwe nooit verstomd
Dus waarom lieg je
Als je weet dat je toch
menselijke gevoelens hebt voor iedereen
Wat lul je
Dat je nooit eens zou willen
want je wederhelft komt daar nooit overheen
Maar welke misdaad bega je
behalve 't verwerpen van wat oude raad
Die lang reeds uit de tijd is
omdat jaloezie verveelt maar toch niet baat
Als je er 'n klein beetje nuchter over nadenkt