Want er zijn van die lui die ik helemaal niet zie zitten
En telkens als ik stap dan loopt er wel eentje tegen mij op
Van die sterke verhalen tot ik bijna zit te pitten
Over hun laatste versiersels en over hun knappe kop
Als ik uitga ben ik blij om de mensen weer te zien
Het is zo heerlijk naar je ontmoetingsplaats te gaan
Want de vogels die daar komen, zijn er om dezelfde reden
Net als ik ontvluchten zij de Televisiewaan
Zij weten allen dat hoe meer je kijkt hoe meer kans dat je doordraait
Op de verzinsels van de een of andere gek
En aan de bar gezeten denk ik dan hier zullen ze mij niet vangen
En toch zit ik dan weer naast zo'n trekkebek
Want er zijn van die lui die ik helemaal niet zie zitten
En telkens als ik stap dan loopt er wel eentje tegen mij op
Van die sterke verhalen tot ik bijna zit te pitten
Over hun laatste versiersels en over hun knappe kop
En soms heb ik van die nachten dat ik eigenlijk hang te wachten
Maar niets is er sensationeel of interessant
Nee dan schuift er weer zo'n hufter die ik eigenlijk niet kan luchten
Op de kruk naast mij en hij geeft mij een hand
En dan ben ik weer verplicht te luisteren naar de slappe zever
En ze lullen me de oren van m'n bol
Ja, de een is tof en de ander is een etter in de omgang
Dat ligt niet aan de job of aan de school
Want er zijn van die lui die ik helemaal niet zie zitten
En telkens als ik stap dan loopt er wel eentje tegen mij op
Van die sterke verhalen tot ik bijna zit te pitten
Over hun laatste versiersels en over hun knappe kop