Ik werd onzeker. Ik begon enorm aan mezelf te twijfelen
En de volgende ochtend, ik weet het nog goed, de volgende ochtend, ik werd
wakker, deed een plas, stond op en dacht: "Verrek, het moest andersom"
Terwijl ik het verschoonde, kreeg ik enorm veel zin mezelf van kant te
maken. Ik twijfelde verschrikkelijk aan mezelf. Ik had bevestiging nodig
en ben daarom naar de jaknikkers in Schoonebeek gegaan
Ik zei tegen zo'n jaknikker: "Heb jij dat ook wel eens, dat je 's
morgensvroeg wakker wordt en dan al gelijk enorm veel zin hebt om jezelf
van kant te maken?"
"Nee", zei de jaknikker
Er kwam een man voorbij op de fiets. Ik schopte hem van de fiets. Ik zei
tegen hem: "Heeft u dat ook wel eens, dat u 's morgensvroeg wakker wordt
en dan al gelijk enorm veel zin hebt om jezelf van kant te maken?"
"Nee", zei de man, "Ik ben een avondmens. Bovendien is zelfmoord plegen
wel het laatste wat ik zou doen"
Ik trok mijn pistool. De man sprong op de fiets en riep: "Ik haal de
politie erbij!"
Ik richtte het pistool op mijn slaap en zei: "Nou, die komt dan mooi te
laat... Want ik heb een onmogelijke liefde. En zonder haar kan ik niet
leven"
Het leek erop dat ik een schot in het gezicht had overleefd. Ik kon het
haast niet geloven. Maar toen ik na tien dagen nog geen
ontbindingsverschijnselen begon te vertonen, toen moest ik het wel geloven
Voor alle zekerheid ben ik toch maar even naar het ziekenhuis gegaan. Ik
werd daar in dat ziekenhuis gelijk op een brancard gesmeten, de
operatiekamer ingereden en op de operatietafel gekwakt. De chirurg sneed
mijn buikholte open, haalde de darmen eruit en zei: "Zo, dat is dat, wat
mankeert deze man?"
Ik zei: "Ik voel mij een depressief"
"O ja? Dat is niet leuk he?"
"Nee, dat is niet leuk"
"Nog lichamelijke klachten?" "Ja, moe, dokter, ik ben de laatste tijd zo
moe. Moe zonder dat ik weet waarom. Soms kun je het achterhalen. Als je in
het voorjaar moe bent, kan dat voorjaarsmoeheid zijn en als je net stamppot
gegeten hebt, kan dat aardappelmoeheid zijn. Maar deze moeheid, dokter, kan
ik niet verklaren"
"Ik wel", zei de dokter, "U bent levensmoe". Nou, ik opgelucht