Zoals een kind
In zijn prille jeugd
Zich verheugt
In het wisselen van zijn tandjes
Zo juich en jubel ik
En geef handjes
Bij het aanschouwen van het wisselen van het jaar
Nee, ik bedaar
Niet in mijn vreugde
Want ziet, het jaar is herboren
En, zoals een haan in het ochtendgloren
Kraait van levenslust
Bij het aanschouwen van zijn hennen...
Zo ben ik niet eerder gerust
Of ook ik moet alle levensvreugde kennen