Caland heeft een monument
Op het Calandplein
In een waterkom van steen
Boven een fontein
Met een tweeling, moddervet
Zonder broekies an
En een engel in d'r hemd
Die niet vliegen kan
En daarom loopt de diender, de diender, de diender
En daarom loopt de diender van het Calandmonument
Dag en nacht marcheert ie rond
Handen op z'n rug
Als een mus er lang naar kijkt
Jaagt ie 'm terug
Als er iemand vissen wil
Of zijn voeten wast
Of een kleine boodschap doet
Gaat ie in de kast
En daarvoor zorgt de diender, de diender, de diender
En daarvoor zorgt de diender van het Calandmonument
Wordt er ergens in de buurt
Moord en brand gegild
Is er ergens op de straat
'n Matroos gevild
Krijgt een heer in 't ziekenhuis
Op zijn kersepit
Zelfs wanneer een keukenmeid
An z'n snorren zit
Dan nog koopt de diender, de diender, de diender
Dan nog loopt de diender van het Calandmonument
Als je vraagt wie Caland was
Zegt de goede man
"Caland regardeert men niet
Dat gaat mij niet an
Caland is een monument
Op het Calandplein
In een waterkom van steen
Boven een fontein!"
En ik ben maar de diender, de diender, de diender
En ik ben maar de diender van het Calandmonument
Hij wordt aan de vreemdeling
Als een held vertoond
Door de Raad van Rotterdam
Met een kruis beloond
Komt ie net als iedereen
Eenmaal aan z'n end
Sterft ie met een aanzichtkaart
Van z'n monument
Want hij was de diender, de diender, de diender
Want hij was de diender van het Calandmonument